27 mrt 2024

Een andere kijk op de Passieweek

Ik word nogal eens uitgenodigd voor het verzorgen van ‘een viering’ bij vrijzinnige ziel-zoekers. Zo noem ik hen maar.
Het zijn mensen die voor hun existentiële vragen bij elkaar komen.
Gevoed door een universeel verlangen naar verbondenheid met elkaar en met iets wat ons dagelijks leven overstijgt.
Het zijn vaak rustgevende plekken waar het goed toeven is.
Een kapel, of een kerkgebouwtje, waarbij het begrip ‘kerk’ niet echt een rol meer speelt.
Maar de inhoud en ontmoeting, des te meer.

Ik maak dan vaak gebruik van betekenisvolle verhalen. Je vindt ze in elke religie terug.
Ik haal evenzogoed inspiratie uit boeddhistische wijsheden als uit de mystiek van de islam (Rumi). Zo ook uit Joodse verhalen, christelijke mystiek (Meister Eckhart), hedendaagse gedichten of literatuur.
Ik zie ze als metaforen en richtingaanwijzers voor het leven van nu.

Ik ben overigens wars van ideologieën en bewegingen die denken de waarheid in pacht te hebben. Ik ben meer van het niet-weten. En ja, ook stilte is een terugkerend gebeuren in deze bijeenkomsten.
Meestal begin ik daar dan ook mee.

Dit gezegd hebbende, neem ik je graag mee in het verhaal, passend bij deze week, in de opgang naar Pasen.

Jezus en Navalny

Afgelopen zondag ging de Goede Week in. Het was Palmzondag.
Op deze morgen hield ik een lezing in een prachtig middeleeuws kerkje.
Het lag voor de hand om stil te staan bij het bijbelse passieverhaal over Jezus, die zijn lots- of levensbestemming tegemoet gaat.

Ik vroeg mij in mijn voorbereiding af, wat dit verhaal ons te zeggen zou kunnen hebben.
Zonder waarde te hechten aan het waarheidsgehalte van zo’n verhaal, mijmer ik er van tevoren een eind op los.
Wat haal ik er zelf uit? Hoe kan het ons op dit moment inspireren? Onze ziel een beetje voeden?

Ik wil deze overweging graag met je delen. Misschien brengt het je wat, misschien ook niet.
Je hoeft er overigens niet ‘gelovig’ voor te zijn, om de schoonheid van zo’n verhaal, te leren waarderen. Zo verging het mij althans.
Voor de nieuwsgierigen: De uitgesproken voordracht die hier volgt berust voor een deel op het bijbelse verhaal van Marcus 11, 1-11

PALMZONDAG. De intocht van Jezus in Jeruzalem.
In mijn beleving heeft dit verhaal, dit gebeuren, een emotionele en vooral een paradoxale/tegenstrijdige lading.
Enerzijds ervaren we op deze dag, zoals hier vanmorgen, iets van het onschuldige.
Gesymboliseerd door de kinderen die met hun kleine handjes en alle aandacht hun eigenste Palmpasen-stok in elkaar zetten.
En deze dan natuurlijk, straks, vol trots laten zien.  Zoiets roept toch meteen een Hosanna gevoel op!

Misschien zouden we het liefst die Hosanna-stemming vanmorgen dan ook vast willen houden.
Dat overwinningsgevoel zoals dat in Jeruzalem van die tijd, ook ervaren werd. ‘Ons kan niks gebeuren!
De verlossing is nabij! Eindelijk onder het juk van de Romeinen vandaan! Een nieuwe koning is in aantocht! ‘
Dat overwinningsgevoel wordt dan ook nog eens kracht bijgezet door de palmtakken, die in de tijd van Jezus als overwinningssymbool bekend stonden.

Maar anderzijds verbeeldt deze kinderlijke Palmpasen-stok, het hele passieverhaal.
Palmzondag is een voorbode voor het verhaal over lijden, pijn en uiteindelijk de dood van Jezus. Als we ons een beetje mee laten nemen in onze verbeelding,
kunnen we ons misschien voorstellen hoe Jezus zich in de dagen vóór de viering van het Joodse Pesach, zich emotioneel in verwarring moet hebben gevoeld.
Omdat hij er weet van had dat zelfs deze mensen die hem zó toegenegen waren, hem de ene dag nog konden bejubelen en hem de volgende dag,
beïnvloed door de heersende macht, grootheidswaan en misschien wel door massahysterie hem wilden laten kruisigen.
Hij wist hoe het was om mens te zijn. Hij was er immers zelf ook een.

Kortom:
De vreugde en de uitbundigheid van deze dag kun je niet los zien van de woede en het verdriet, van de teleurstelling en de verlatenheid in de dagen die komen gaan.
Ze horen bij elkaar: héden hosanna, mórgen: kruisig hem.
Diezelfde menselijke kanten: ‘toegewijd zijn en door omstandigheden ook weer kunnen afhaken’, zien we ook terug in het verhaal van de olijfgaard die Getsemane heette.
Ook hier vindt in feite hetzelfde mechanisme plaats. ‘Trouw en in de steek gelaten worden’.

Het verhaal gaat als volgt:
Jezus was hier in doodsangst. Hij had zijn leerlingen hard nodig.
Zijn allerbeste vrienden: Petrus, Jakobus en Johannes, geven in eerste instantie blijk van hun eeuwige vriendschap. Hun trouw.
Dan trekt Jezus zich in zijn eentje terug, maar hij vraagt hen: ‘Blijf alsjeblieft bij me in de buurt. Ik voel mij zo dodelijk bedroefd. Blijf hier waken’.
En terwijl hij moederziel alleen verder loopt, daar in die hof van Olijven, roept hij vallend op zijn knieën en in zijn doodsangst tot drie keer toe:
Abba, Vader, neem deze beker, deze levensopdracht, van mij weg”.

Misschien ken je het verdere verloop van het verhaal: zijn vrienden vielen ongewild, tot drie keer toe in slaap.
Ondanks hun belofte te zullen waken. De smárt met hem te delen. En uiteindelijk, toen het al te gevaarlijk werd,
lieten zij hem voor hun eigen lijfsbehoud in de steek en vluchtten weg. Hoe menselijk kan het zijn!

Ik moest in mijn voorbereiding als vanzelf denken aan Aleksej Navalny.
Ik zag paralellen. Eenzelfde soort innerlijke gedrevenheid en opofferingsgezindheid.
En dan vraag ik mij af: In hoeverre heeft Navalny zijn kracht gehaald uit het verhaal van vandaag? Uit wat daarop volgde?
Ik zal een klein deel uit een van de toespraken van Navalny in de Russische rechtbank, beschrijven.  Het is een deel dat mij raakt.

Hij zegt daar:
‘Ooit was ik behoorlijk militant en atheïstisch. Maar nu ben ik een religieus persoon en dat helpt me enorm bij wat ik doe.
Het maakt alles veel gemakkelijker. Ik pieker minder, ik heb minder dilemma’s in mijn leven –
omdat er een boek is dat min of meer precies beschrijft wat ik in welke situatie moet doen.
Natuurlijk is het niet altijd gemakkelijk om je eraan te houden, maar over het algemeen probeer ik het.
Het boek gaat over gerechtigheid. En er schuilt kracht in gerechtigheid. Wie de waarheid en gerechtigheid achter zich heeft, zal winnen.’

Dit citaat getuigt van een levenshouding die hij, zoals hij zegt, ‘ontleent aan het boek waarin ik lees wat ik moet doen.’
Ik heb hier diep respect voor een mens die geleerd heeft niet ván de wereld te zijn, maar ín de wereld.
Met andere woorden: Die zich niet door bedreigingen en machtswellust volledig uit balans laat brengen.
Die doet wat hij van binnenuit, vanuit zijn hart, moet doen. Met overgave. Met alle toewijding en een groot gevoel voor rechtvaardigheid.

Zo vertolkte Navalny in zijn toespraak voor Poetin en consorten, wat mij betreft, een universeel menselijk verlangen naar menselijke waarden.
Waarden die gelijk zijn aan deugden. Aan een perspectief van een koninkrijk op aarde, om maar in bijbelse termen te blijven.
Een wereld die berust op rechtvaardigheid, mededogen, hoop en moed.
Hoe troostend is het te weten dat oude verhalen goede mensen inspireert en geïnspireerd heeft.
Zo ook het verhaal van Palmpasen. En het lijdensverhaal.

En nu: wat kunnen wíj daaraan ontlenen? Ik heb daar voor mijzelf over nagedacht.
Wat ík ontleen aan het verhaal van Palmzondag en het gebeuren in de hof van Olijven, is vooral dat ik steeds opnieuw leer te herkennen en erkennen,
dat het leven haar eigen pijn kent. Het is een ‘common-humanity’, ofwel een gemeenschappelijk menselijk gegeven.
Elk mens kent haar, of zijn eigen levenspijn.

De vraag is echter: hoe gaan we daarmee om? Hoe verhouden we ons daartoe? Dit verhaal vertelt mij, dat ik daarover zelf de regie kan hebben.
Net als Jezus dat deed bij zijn intocht in Jeruzalem om daar het Joodse Pesach te vieren.
Hij ondernam stappen die nu eenmaal volgens dit wonderlijke verhaal gezet móesten worden.
Hij nam daarmee de verantwoordelijkheid op zich voor zijn eigen levensbestemming zou je kunnen zeggen:
Hij regelde een ezelsveulen, omdat hij wist dat hij iets bovenmenselijks tot stand moest brengen.

Maar… hij regelde ook een dag later zijn eigen stille ruimte daar op die Olijfberg. Dat laatste is wat mij in het bijzonder aanspreekt.
Jezus trok zich daar bewust terug, zoals het verhaal gaat. Zo zorgde hij ervoor dat hij zijn emoties, zijn angsten en de pijn van zijn eenzaamheid kon uiten.
In de ogen kon kijken. Hij wist dat hij zou sterven. Hij was in doodsangst. Hij smeekte en huilde: ‘Laat deze situatie niet voor mij bedoeld zijn!
Maar hij wist ook dat hij hier helemaal alleen doorheen moest.
Alles, wat de mensen hem aandeden: de toejuichingen die hij zich liet welgevallen; en dan daarna de beschimpingen en erger, de martelingen en zijn gewelddadige dood.
Ik denk dat, als we dit verhaal tot ons door laten dringen, we er iets waardevols aan kunnen overhouden. Dat was ook iets wat Navalny mogelijk zag en begreep.

Want:
Is het niet zo, dat ook wij bij tijd en wijle, een beetje sterven?
Sterven bij het leven? Lijden aan het leven?
Dat kan zijn door een teleurstelling, een kwetsing of door een angstig gevoel dat iets niet goed zal komen.
Door ziekte of eenzaamheid. Of door een idee dat we iets volkomen verkeerd hebben gedaan?
En dan, zo vermoed ik, kan zo’n verhaal als dit ons helpen.

We zouden om te beginnen, net als Jezus dat deed, het heft in eigen handen kunnen nemen. Verantwoordelijkheid oppakken voor onze eigen pijn.
Voor het leven zoals het zich op dit moment voordoet. En daar eens écht bij stil staan.
Misschien, door daarvoor letterlijk een stille plek te zoeken, in onszelf of daarbuiten: een goede vriend, of metgezel.
En dan lucht geven aan onze vertwijfeling, angsten of verdriet. Ze met compassie in de ogen kijken.

En net als Jezus dat uiteindelijk deed, als er niks anders opzit, ons overgeven. Aan dát wat we nou vaak nèt niet willen.
Daar zíjn we toe in staat, … zij het vaak met vallen en opstaan.
Maar dat kúnnen we, het leven némen zoals het ìs.
Omdat we iets kunnen ontlenen aan de kracht van belangrijke mensen of aan de inspiratie van oude verhalen, die ons tot voorbeeld zijn.
Kracht ontlenen ook aan een dieper weten, dat ons gegeven is bij onze geboorte. Die (goddelijke) belofte, dat we het allemaal waard zijn om te leven.
Met vallen en opstaan. Met stervensangst en al. Vanuit de overtuiging dat we altijd, hoe moeilijk het soms ook is, opgevangen worden.
Zodra we ons durven overgeven aan dat wat er is.

Het is vooral, denk ik, een overgave aan een boven onszelf uitstijgende dimensie, onze universele bestaansgrond.
Die wij soms zo graag God, de Eeuwige of de Ene noemen. En waarin we, altijd weer opnieuw, onze rust kunnen vinden.

Dat het zo mag zijn.

Leave a Comment

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.