Dank U, Sinterklaa-aasje!
By Frits
Deze uitroep is al eeuwen oud. Traditie werkt verbindend.
Wat is er leuker dan samen Sinterklaas vieren?
Vroeger bij ons thuis zaten we met 7 kindertjes bij de kachel liedjes te zingen.
Opeens hoorden we gebonk op het raam en werd er heel hard gebeld. ‘Jongens’ riep mijn moeder verschrikt, ‘wat is dat?’ en ‘waar is papa?’ Als oudste mocht ik altijd de voordeur open maken. Achter mij was het een gedrang van jewelste. Want wat stond daar op de stoep voor de deur? Een enorme zak met een heleboel cadeautjes.
Papa was al stiekem door de achterdeur weer binnen gekomen en toonde zich ook heel erg blij en verbaasd. Eerder was hij zelf ook wel eens de Sint geweest. Indrukwekkend was dat.
Onszelf voor de gek houden, quasi verrassingen, flarden van liedjes, het stemt ‘blij van zin’.
Krijgen.
Vanouds her betekent krijgen ‘door inspanning verwerven’ (denk maar aan ‘krijgers).
Krijg ik ook een cadeautje, pap?
Sinterklaas houdt de oorspronkelijke betekenis van ‘krijgen’ nog een beetje hoog.
Je moet er immers nog iets voor doen, want: wie lief is krijgt lekkers, wie stout is de roe!
En toch…je hoeft ‘alleen maar lief te zijn’ om iets te krijgen.
En dat ben je tegenwoordig voor je ouders al snel.
Hoe de betekenis van ‘krijgen’ in onze verwende samenleving is verworden!
Ontvangen.
Ontvankelijk zijn. Vatbaar zijn voor indrukken.
Ontvangen is deze maand veel aan de orde.
Kunnen ontvangen is niet voor iedereen vanzelfsprekend.
Soms zijn we niet ontvankelijk. Niet vatbaar voor indrukken.
Daar is een soort van nederigheid voor nodig. Zodat de gever ruimte krijgt.
Als daar in het ontvangen sprake van is, wordt ontvangen eigenlijk een vorm van geven.
Het is mooi als we het allebei kunnen: genereus geven en genereus ontvangen.
Nemen.
De oorspronkelijke betekenis van nemen is: nemein (grieks): uitdelen, nemen.
Geven en nemen lijken in dat woord verdacht veel samen te gaan.
Net als ontvangen dat doet op persoonlijk niveau zeggen geven en nemen iets over ruimte.
Ruimte in relaties. Over aan-nemen van wat er ís (én niet is ..geweest).
Over vergevingsgezindheid en compassie.
Ten opzichte van je eigen eigen-aardigheden en die van de ander.
De decembermaand daagt ons bij uitstek uit om onszelf weer eens te bezinnen op dergelijke uitspraken.
Hoe doe ik dat eigenlijk? Waar zit ém bij mij de crux als het gaat om geven en ontvangen of geven en nemen?
Misschien toch een aardige naar-binnen-actie in deze ‘donk’re dagen voor kerst’.
Leave a Comment